Storing |
Mogelijke oorzaak |
Remedie |
Koude motor slaat af bij stationair draaien |
- Choke niet goed afgesteld
|
- Controleer de werking van de choke en stel deze zonodig af
|
- Versneld stationair toerental te laag afgesteld
|
- Controleer de afstelling en regel opnieuw af
|
Warme motor slaat af bij stationair draaien |
- Stationair toerental te laag afgesteld
|
- Stel het stationair toerental goed af
|
- De chokeklep blijft hangen
|
- Controleer de werking van de choke
|
- Contactpunten niet goed afgesteld
|
- Controleer de contactpuntafstand en stel deze af
|
- Motor zuigt valse lucht aan
|
- Controleer of de carburateur en het inIaatspruitstuk goed vastzitten
|
- Motor krijgt te veel benzine
|
- Controleer het vlotterniveau en stel dit zonodig af Stel het stationaire mengsel opnieuw af
|
Motor loopt onregelmatig stationair |
- Stationair mengsel is niet goed (te arm of te rijk)
|
- Stel het stationair toerental en het CO-percentage goed af
|
- Ontsteking staat niet goed afgesteld
|
- Stel de contactpuntafstand en het ontstekingstijdstip af
|
- Bougies zijn vervuild, verkeerd afgesteld of versleten
|
|
|
- Vervang het luchtfilterelement
|
- Motor zuigt valse lucht aan
|
- Controleer op lekkage door wat haarlak/contactspray rondom carburateur te spuiten
|
Motor hapert of slaat af bij gas geven |
- Acceleratiepomp werkt slecht of is defect
|
- Controleer de werking door het luchtfilter te demonteren en in de carburateur te kijken. Als bij het gas geven er géén straaltje benzine te zien is, demonteer dan de acceleratiepomp
|
- Choke werkt niet goed of blijft hangen
|
- Controleer de werking van de choke
|
- Bij motoren met een constant-vacuümcarburateur (B19A): de zuiger loopt stroef of zit vast
|
- Reinig de carburateur en controleer de loop van de zuiger. Vul de demper met de juiste hoeveelheid carburateurolie
|
|
|
- Elektrode afstand te groot
|
|
Motor loopt stotend en/of slaat over |
- Motor krijgt te veel benzine
|
- Controleer de vlotternaald en het vlotterniveau
|
- De klepspeling is te groot
|
|
|
- Maak de vlotterkamer en de sproeiers schoon
|
- Motor zuigt valse lucht aan
|
- Controleer of de carburateur en het inlaatspruitstuk goed vastzitten
|
- Ontsteking staat niet goed afgesteld
|
- Controleer de contactpuntafstand en het ontstekingstijdstip
|
- Hoogspanningskabel(s) beschadigd/stroomverdelerkap gescheurd
|
- Vervang alle hoogspanningskabels en/of de stroomverdelerkap
|
- Bougies defect of versleten
|
|
- Ontstekingscondensator defect
|
|
Motor trekt slecht en levert onvoldoende vermogen |
- De ontsteking staat niet op tijd
|
- Stel het ontstekingstijdstip af
|
- De motor krijgt te weinig benzine
|
- Controleer de werking van de benzinepomp
- Controleer het vlotterniveau en maak alle sproeiers schoon
|
- Te weinig compressie door motorslijtage of door een lekke koppakking
|
- Meet de compressie. Reviseer de motor c.q. vervang de koppakking
|
|
|
- Één of meerdere kleppen verbrand
|
|
- Vervroegingsmechanisme van de ontsteking defect
|
- Controleer de ontstekingsvervroeging. Vervang de defecte delen
|