Naar aanleiding van terugkomende vragen poog ik hierbij een informatiepagina op te zetten over het afstellen van het gasklep systeem van de B2XX motoren. Bij toekomstige vragen kan naar deze pagina verwezen worden om gemakkelijk een snel en (naar ik hoop) volledig antwoord te geven.
Mijn informatie heb ik ontleend aan de Haynes manual (zie bronvermelding) en mijn eigen ervaringen (met 1998 LPT). De Haynes behandelt alleen 8 kleppers, van Johan Vlagsma heb ik de bevestiging gekregen dat de situatie bij de B204GT gelijk is.
Als er opmerkingen/suggesties/verbeteringen/uitbreidingen etc. zijn, evenals meer 16 klepper (B204FT, B234) ervaringen, dan hoor ik het graag om deze pagina zo correct en compleet mogelijk te maken. In dat geval reactie op de pagina of PB'tje naar "henk 940lpt"
Algemeen - Werking regeling toerental
De bestuurder stuurt het toerental mbv het gaspedaal, door het pedaal te bedienen verandert de positie van de gasklep in het gasklephuis waardoor er meer of minder lucht naar de cilinders kan stromen en het toerental mee gevarieerd kan worden. De ECU zorgt vervolgens voor een juiste lucht/brandstof verhouding, hoe dit precies werkt ga ik verder niet op in.
Er zijn 2 situaties, namelijk stationairloop (gaspedaal niet ingedrukt) en niet-stationairloop (gaspedaal wel ingedrukt), de regeling van de ECU vindt in beide situaties op een andere manier plaats. De ECU gebruikt de "gasklep positieschakelaar" (throttle position switch of TPS in het engels) om te detecteren of er sprake is van stationairloop of niet en past daar zoals gezegd de manier van regelen. Bij stationairloop regelt de ECU het toerental door dmv de CIS klep meer of minder lucht naar de motor te laten stromen. Bij niet-stationairloop bepaalt alleen de bestuurder door de stand van het gaspedaal (en daarmee het verdraaien van de gasklep) het toerental.
Werking regeling stationairloop
Zoals eerder gezegd gebruikt de ECU de gasklep positieschakelaar om te meten of er sprake is van stationairloop. De schakelaar geeft door of de gasklep helemaal dicht staat. Als dit het geval is, regelt de ECU het toerental op 800 rpm mbv de CIS klep. De CIS klep krijgt z'n positie door van de ECU, afhankelijk van de stand laat de klep meer of minder lucht door naar de motor. De klep fungeert dus als een regelbare bypass van de gasklep. Om de CIS klep een geschikt regelbereik te geven, hoort het toerental zonder effect van de CIS klep op 500 rpm te liggen (basistoerental). De CIS klep stuurt in de normale situatie het toerental dus met 300 rpm omhoog. Het basistoerental wordt bepaald door een stelschroef die bepaald hoever de gasklep dichtgedraaid kan worden.
De normale stand van de onderdelen tijdens stationairloop is dat de gasrol tegen de stationair aanslag ligt,
Vanaf de gasrol loopt er een (in lengte verstelbaar) armpje naar de aanslag van de gasklep. De gasklep zelf zit aan de as bevestigd, hier zit de aanslag ook weer aan. Bij intrappen van het gaspedaal verdraait de gasrol waardoor het armpje via de aanslag de gasklep open draait. De aanslag zit aan de as van de gasklep verbonden en draait mee als de gasklep draait (opent of sluit). De stelschroef voor het basistoerental zit onder de aanslag en beperkt de aanslag van de gasklep in het sluiten van de gasklep. Maw: bij het sluiten van de gasklep komt de aanslag tegen de stelschroef te liggen. Door het verstellen van de stelschroef kan bepaald worden hoeveel de aanslag (en hiermee de gasklep) "dicht" gedraaid mag worden. Zie ook onderstaande foto.
Veel voorkomende verstoringen
De regeling kan door twee, veel voorkomende, zaken worden verstoord: valse lucht en vervuiling op de CIS klep. Als derde oorzaak kan onjuiste afstelling voor problemen zorgen. Door een lekkage stroomt er via een andere weg lucht de motor in. De CIS klep kan dit (gedeeltelijk) opvangen door de doorlaat te verkleinen en zo zelf minder lucht naar de motor te laten stromen. Op een gegeven moment is de doorlaat minimaal, als er door de CIS klep en het lek nog steeds teveel lucht naar de motor stroomt kan de CIS klep dit niet meer corrigeren en zal het toerental boven de gewenste 800 rpm komen. Oplossing is het opsporen en verhelpen van het lek. De tweede oorzaak, vervuiling van de CIS klep, is eigenlijk simpel. Om goed te kunnen regelen moet de CIS klep soepel kunnen verdraaien om daarmee de doorlaat de kunnen veranderen. Door vervuiling (olie aanslag) kan de klep zwaar gaan lopen waardoor hij de klep niet meer volgens het signaal van de ECU de doorlaat bepaald. De vervuiling zorgt dus voor een verstoring van de regeling. Oplossing is demonteren, ontvetten (met bijv. remmenreiniger of wasbenzine), weer licht smeren (met bijv. WD40) en terugbouwen van de CIS klep. Maak hiertoe de stekker aan de achterzijde en de 2 slangklemmen los. Draai vervolgens de twee bouten in de rubber houder los en neem de CIS klep uit de motorruimte. Montage na schoonmaken in omgekeerde volgorde. Als laatste oorzaak was een onjuiste afstelling genoemd, de juiste afstelvolgorde volgt onder het volgende hoofdstuk.
Afstelvolgorde
De juiste volgorde is belangrijk om het systeem snel en correct in te kunnen stellen. Dit is nodig wanneer het gasklephuis losgenomen is (ivm schoonmaken) of wanneer de gasrol losgenomen is. Mijn beschrijving gaat uit dat bepaalde zaken correct afgesteld zijn, deze hoeven normaal gesproken ook niet losgenomen te worden (om precies te zijn de afstelling van de gasklep op de as dmv de 2 schroefjes in de as). Controle op juiste afstelling beschrijf ik wel. De juiste volgorde is als volgt:
1. Controleer of de gasklep goed sluit
2. Controleer of het basistoerental (500rpm) goed is afgesteld
3. Controleer de afstelling van gasklep positieschakelaar (en stel zonodig goed af)
4. Controleer de afstelling van de gaskabel (en stel zonodig goed af)
5 Controleer de afstelling van het armpje tussen gasrol en gasklep (en stel zonodig goed af)
Uitvoering controle/afstelling
Als je het systeem weer opnieuw correct af wilt stellen (bijv. na verwijderen gasklephuis voor schoonmaken), maak dan het armpje tussen de gasrol en de gasklep even wat langer door aan het stangetje tussen de bruine kogelgewrichtjes te draaien. Op deze manier kun je gemakkelijk de gasklep openen en sluiten door even aan de gasrol te draaien. Door het armpje bewust te lang te maken, voorkom je dat de aanslagen van de gasrol gebruikt worden waarmee je onbewust de afstelling niet correct maakt.
Als je wilt controleren of eea goed afgesteld staat, kun je het armpje beter ongemoeid laten tenzij bij stap 5 blijkt dat wijziging noodzakelijk is.
Stap 1.
Je kunt controleren of de gasklep goed sluit door het loshalen van de dikke slang vanaf het luchtfilter en de luchtmassa meter. Kijk of de ronde schijf netjes in het midden in het ronde gat van het gasklephuis zit. Er mag een klein kiertje tussen schijf en huis zitten aan de boven en onderzijde. Monteer na inspectie de slang weer.
Stap 2.
De afstelling van basistoerental wordt gedaan met een stelschroef. Normaal gesproken hoef je hier niets aan af te stellen omdat je dit niet los hoefte te maken, het is wel belangrijk zeker te weten dat dit goed staat bij stellen van de andere componenten. Controle gebeurt door het dichtknijpen van de slang van de CIS klep naar het gasklephuis. De bypass wordt hiermee buiten werking gesteld, het toerental moet zakken naar 500 rpm. Dit zou op de toerenteller wel te controleren moeten zijn.
Mocht het toerental bij een goed dichtgeknepen slang niet correct zijn dan kan het opnieuw afgesteld worden met de stelschroef. In de meeste gevallen is opnieuw afstellen niet noodzakelijk. Je hebt hier ook een nauwkeurige toerenteller voor nodig (volgens Haynes). Omdat het niet zo vaak voorkomt, ga ik daar verder niet op in.
Stap 3.
De gasklep positieschakelaar geeft aan de ECU door of de gasklep gesloten is en de stationairregeling mbv de CIS klep gebruikt moet worden. De klep zit aan de achterzijde (richting inzittenden) op het gasklephuis, het is een zwart ding wat met 2 imbusboutjes vast zit. Zie ook onderstaande foto.
Draai de boutjes los, zodat de schakelaar (stroef) bewogen kan worden. Draai de schakelaar met de klok mee (gezien van af bestuurderstoel naar voren) en plaats een 0.15mm voelerplaatje tussen de gasklepaanslag en de stelschroef (aan de voorzijde van het gasklephuis, bij de veer die de gasklep dichtdrukt). Zie ook onderstaande foto (opmerking: voor de foto is een willekeurig plaatje genomen, let dus niet op de dikte die erop staat)
Draai de schakelaar terug (tegen de klok in) totdat je een "klik" hoort. Draai de imbusboutjes vast. Verwijder het voelerplaatje en steek een 0.45mm voelerplaatje tussen de gasklepaanslag op de as en de stelschroef. Er mag nu GEEN "klik" klinken. Controleer dit meerdere keren door de gasklep open en dicht te draaien. Je moet 2x klik horen, 1x als je de klep dicht laat gaan en 1x als je de klep weer opent. De reden hiervoor is dat de schakelaar bij heen en teruggaande slag niet op precies dezelfde plaats schakelt, je moet dus zeker zijn dat de schakelaar bij beide richtingen schakelt.
Uiteraard hoef je de schakelaar niet los te nemen als je alleen wilt controleren.
Stap 4.
Afsteling van de gaskabel kan gedaan worden bij de gasrol. Controleer bij vrij gaspedaal of de kabel net strak staat en de gasrol tegen de aanslag ligt. Trap het gaspedaal helemaal in, controleer of de gasrol tegen de andere aanslag komt (zie ik de foto onder "Werking regeling stationairloop") Stel zonodig bij.
Stap 5.
Afstelling van het armpje tussen gasrol en gasklepaanslag kan als volgt gedaan worden. Bij automaten moet nu eerst de afstelling van de kickdown kabel gecontroleerd worden. Als dat OK is (of niet van toepassing) ga dan verder door het terugplaatsen van het armpje met de kogelgewrichtjes. Plaats vervolgens voelerplaatjes met een dikte van 2.5mm (bijv. 0.75, 0.85 en 0.90mm) tussen de gasrol en aanslag. Zie hiervoor ook onderstaande foto.
Controleer nu (met 2.5mm tussen de aanslagen van de gasrol) of de ruimte tussen de gasklep aanslag en de stelschroef (zie ook punt 3, dezelfde plaats als waar de plaatjes tussen moesten bij het afstellen van de schakelaar) niet minder is dan 0.1mm en niet meer is dan 0.45mm. Stel dit zo nodig bij door het verdraaien van het stangetje tussen de gewrichtjes.
Tips
Tip 1 van Michiel (liv op het forum):
Zet bij statonair toerental een of meerdere zware gebruikers aan (bijv. airco, achterruitverwarming etc). Als de regeling goed afgesteld staat en de onderdelen goed functioneren mag het toerental wel even zakken maar moet het daarna weer netjes op 800 rpm geregeld worden.
Tip 2 van Henk:
Het staat eigenlijk al in de beschrijving, je hebt 2 setjes voelerplaatjes nodig. Niet duur, en een tweede setje kan ook bij andere klussen van pas komen. Een plaatje van 2.5mm kan natuurlijk ook volstaan.
Tip 3 van Willem van Benthem:
Om de afstelling van het basistoerental te controleren (stap 2) moet de slang van CIS klep naar gasklephuis dichtgeknepen worden. Het is lastig om deze slang goed dichtgeknepen te houden. Als er toch wat lucht doorheen komt kan het lijken of de afstelling van het toerental niet klopt. De tip van Willem is om de slang los te halen en de opening af te plakken met tape. Dit is beter luchtdicht te maken dan dichtknijpen.