Nokkenas herkennen

Het B20B blok dat ik van Arjan Vrielink heb overgenomen om op te knappen en in de Combi te bouwen, heeft de volgende nokkenas:

Hier staat de letter C:


Hier staat een 2:


Hier staat 1987?


Hier staat 1000267


Kan ik zo concluderen dat het een C nokkenas is? Ik dacht altijd dat op de achterzijde van de nokkenas het type moest staan. Waar in mijn geval de ''2'' staat.

De nokkenas heeft 0,0 slijtsporen. Het lijkt dus daadwerkelijk dat het blok weinig km's gedraaid heeft. Ook de distributietandwielen zijn als nieuw!

Ik wil er een K-nokkenas in zetten die we nu in de B18 hebben zitten. Ik ken het profiel van een C-as niet. Verschilt dat sterk?

hoi Boele,,

de c nokkenas is een standaard as voor late b18-b20 motoren met carburateurs.
de k nokkenas is voor meer koppel , vaak wordt gezegd dat de k een snelle as is maar de k is voor meer koppel

C nokkenas , duration 262 , lift 396 , overlap 32.
K nokkenas , duration 222 , lift 420 , overlap 46.


zelf vind ik de tt3 een goed alternatief voor de K.
als je de K een prettige as vind , probeer dan ook de tt3

Tsja,

een K-nokkenas van 20000km oud kan ik zo over zetten incl de volgers. Kost me alleen een uurtje tijd extra. In dat uurtje verdien ik geen 200euro. Dus ik zet de K-as maar in de B20B..

Zijn de nokken te meten op slijtage? Of is dat eigenlijk onbegonnen werk?

daar heb je natuurlijk gelijk in , als je een k set hebt liggen met 20000km gebruik je die

de slijtage zal het meest zijn op de top van de nokken , gevolg is een mindere lift , volgens het tabel moet de lift 420 zijn
dit is natuurlijk op te meten , slijtage is ook niet overal gelijk dus je kunt de nokken onderling vergelijken.
met 20000k verwacht ik weinig slijtage

Als ik deze uitbundige lijst bekijk: www.1800philes.com/ianr/_superlist_grinds.html , komt de C op 260 duratie en 32 overlap, en de K op 277 en 46 overlap.
Dan moet de K as wel een hoogtoerige as zijn, met minder koppel onderin. Zo zat-ie in de B20E en F met K jet, met max koppel vergelijkbaar in de toeren als de B20B.

Als je koppel wilt gaat er niks boven de A as.

" van der Marek (GAST)" schreef:
Als ik deze uitbundige lijst bekijk: www.1800philes.com/ianr/_superlist_grinds.html , komt de C op 260 duratie en 32 overlap, en de K op 277 en 46 overlap.
Dan moet de K as wel een hoogtoerige as zijn, met minder koppel onderin. Zo zat-ie in de B20E en F met K jet, met max koppel vergelijkbaar in de toeren als de B20B.

Als je koppel wilt gaat er niks boven de A as.

Oké. Ik interpreteer de gegevens als volgt: Duration is de tijd dat je kleppen opengedrukt worden. Maar wat is dan 'Overlap' en lift?

Ik wil graag de nokken meten op het scherpste/hoogste punt. Moet ik natuurlijk wel weten waar ik de maten mee kan benchmarken.

het e.e.a. heeft te maken met de tijd dat in en uitlaatklep beide zijn geopend ofwel de tijd dat bijde zijn gesloten en het verband hiertussen , ook de lifthoogte dat de kleppen worden geopend is bij de assen verschillend.
de k as en ook de tt3 vind ik geen snelle assen , dit zijn sterke assen.
een snelle as is de s en tt5 en tt88 e.d.
iemand die je alles van nokkenassen kan vertellen is tinustechniek.

Lift is hoe ver de klep opent, uiteraard is verder beter maar het houdt een keer op. Er kan maar zoveel lucht per seconde door de opening.

Overlap is de tijd die de uitlaat en inlaat tegelijk openstaan rond BDP van de uitlaatslag (dit is het 'tuimelen' van de kleppen, beide staan onder spanning). Het effect hiervan is dat de met hoge snelheid uit de cilinder vertrekkende uitlaatgassen het inkomende mengsel iets mee naar binnen trekken.
Zodoende gaat de motor beter ademen naar mate de uitlaatgassen meer vaart krijgen, oftewel wanneer de motor meer toeren maakt. Prettige combi, hoe harder hoe beter. Nadeel: een fractie van het verse mengsel verdwijnt onherroepelijk uit de uitlaat.

Het effect van overlap op koppel bij lage rpm's is mij nog niet helemaal duidelijk, er spelen zoveel variabelen mee.

tru-442.tripod.com/camselect.htm
www.carcraft.com/techarticles/ho ... index.html

Lift: Je meet de basiscirkel en dan de nok op z'n hoogste punt, het verschil doe je maal 1.45 (de tuimelaar hefboom).

Hallo Boele,
je kunt de nokhoogtes meten en vergelijken, kijken of de nokken nog vlak zijn (niet iets bol naar de zijkanten aflopen) en kijken of de nokvolgers nog vlak zijn door ze tegen een vlak iets te houden, ze lopen hol in (soms ook oppervlaktebeschadigingen door verkeerde harding van het oppervlak).
Groeten, Rudi